Afkortingen in de GEN

Voor je aan je coschappen begint word je voor een hoop dingen gewaarschuwd. Lange werkdagen, botte artsen en vervelende patiënten. Je krijgt ook te horen dat alle kennis die je de eerste drie jaar hebt opgedaan irrelevant zal zijn en het schijnt ook, als je de artsen mag geloven, dat de co’s elk jaar dommer worden. En laten we het niet hebben over de waarschuwingen voor seksuele intimidatie waarmee je dood wordt gegooid. Hetgeen waar ik in het begin van mijn coschappen het allermeeste moeite mee heb gehad dat is iets waar niemand me voor had gewaarschuwd. Want de werkdagen vallen mee, de meeste artsen zijn vriendelijk en de patiënten meestal ook. Wat mij de meeste moeite kostte waren de afkortingen.

Want ik waarschuw jullie, alles, maar ook echt alles, wordt afgekort. Klein voorbeeldje: “Sarcoïdose met end stage fibrose, 12-CAP MK PK, feb 12 LE, AF 2L LTOT. Analyse voor Ltx gehad.” Tot de komma begrijp ik het nog, maar wat er daarna komt, was voor mij een raadsel. Je begrijpt dat het op deze manier behoorlijk veel tijd en moeite kost om patiënten door te nemen. Het frustrerende is dat er geen enkele vorm van consistentie wordt toegepast in het gebruik van afkortingen. Een afkorting kan verschillende dingen betekenen, want is LE nou: een longembolie of lupus erythematodes? Andersom kan natuurlijk ook, NRNB en NTBR betekenen allebei een niet reanimeren beleid. Deze afkortingen worden beiden ongeveer evenveel gebruikt en er is geen enkele vorm van consensus over welke de voorkeur zou moeten hebben. Ik kan me zo voorstellen dat dit wel eens tot vervelende situaties geleid moet hebben. De afkortingen zijn soms ook erg verwarrend, zo betekent RIP niet dat de patiënt dood is (hoewel het ook geen goed nieuws is) en is een Wopper niet een hamburger. Gelukkig leer je het snel, zinnen als “Een wopper met een RIP in de ROK.” worden ineens heel normaal en begrijpelijk. Tot je naar een nieuwe afdeling gaat, waar vaak totaal andere afkortingen gebruikt worden. Zo is het verschil tussen B5 en D5 in het AZM al duidelijk te merken en dat zijn dan nog allebei afdeling van de interne. De verschillen tussen verschillende specialismen zijn nog veel groter, om over verschillen tussen ziekenhuizen nog maar te zwijgen. 

Ik wil graag afsluiten met een mooi voorbeeld van hoeveel verwarring dit kan veroorzaken. Er lag een patiënt op de afdeling waarvan ik hoorde dat hij gist had. Ik dacht, die arme man heeft kanker. Ik ging namelijk uit van een gastro intestinale stromacel tumor. Het bleek echter de schimmel te zijn waar je met pilletjes binnen een paar dagen vanaf bent. Ik kwam er gelukkig op tijd achter, want stel je voor dat je terug moet naar je patiënt met de mededeling: “Meneer u heeft toch geen kanker, maar een schimmelinfectie.” Ik denk dat je dan je carrière in dat ziekenhuis wel kan vergeten en dat allemaal alleen maar door die afkortingen!

Misschien ook interessant!